Inhoudsopgave
De handleiding KOMAS/Factuur is onderverdeeld in een aantal hoofdstukken. Ieder hoofdstuk bespreekt een aantal samenhangende onderwerpen.
Inleiding |
Opbouwen bestanden |
Factureren |
Abonnementen |
Variabele factuur lay-out
In KOMAS/Factuur is het mogelijk om zelf de factuur lay-out samen te stellen. Hiertoe wordt een template meegeleverd dat zelf kan worden aangepast.
Een factuur bestaat uit een aantal 'bouwstenen'. Zo kent de factuur een deel waarin de naam en adresgegevens worden afgedrukt, het kopgedeelte. Na het kopgedeelte komt eventueel nog een gedeelte met projectgegevens. Als dit niet wordt gebruikt zal hier niet worden afgedrukt. Daarna komt er een deel waar de detailregels worden afgedrukt. Hier wordt gemeld wat er wordt gefactureerd. Na de detailregels komt een blokje met BTW-gegevens en daarna een blok met de totalen van de factuur. Vervolgens kunnen eventueel nog voetnoten worden afgedrukt. Mocht een factuur zoveel detailregels bevatten, dat niet alles op 1 pagina past, dan is er ook nog de mogelijkheid om een transport naar regel en een transport van regel in te voegen.
Iedere blok kent een aantal rubrieken die kunnen variabel zijn. Iedere rubriek wordt aangeduid met een code (bijvoorbeeld $NAAM). Op de plaats van zo'n rubriek zal een de overeenkomstige waarde uit de order worden afgedrukt. Na een code voor een veld kan in 2 posities de maximale lengte van de rubriek worden opgegeven. Als er $NAAM35 staat zal een naam van een debiteur in maximaal 35 posities worden afgedrukt.
Bouwstenen
Iedere bouwsteen heeft een code van 2 letters. Daarna wordt in 1 positie opgegeven of een regel verplicht moet worden afgedrukt of dat dit alleen maar mag gebeuren als er iets is gevuld op de regel.
Per blok kunnen een aantal variabele velden worden opgegeven. In onderstaande tabel wordt opgegeven welke blokken bestaan en welke variabele gegevens er in de diverse blokken kunnen worden gebruikt:
Blok | Veld | Omschrijving |
KP | Kop van de factuur | |
$NAAM | Naam van de debiteur | |
$CONTP | Contactpersoon | |
$ADRES | Factuuradres van de debiteur | |
$WOONP | Postcode en woonplaats van de debiteur | |
$DATUM | Factuurdatum | |
$FACT | Factuurnummer in de vorm debiteurnummer/factuurnummer | |
$BTWNR | BTW nummer van de debiteur | |
$REL | Debiteurnummer | |
$UWORD | Ordernummer van debiteur | |
$VZW | Verzendwijze | |
PR | Projectregels | |
$PAANN | Aanneemsom | |
$REEDS | Reeds gefactureerd | |
DT | Detailregel | |
$ART | Artikelcode | |
$ANR | Artikelcode | |
$AOMS1 | Artikelomschrijving 1 | |
$AOMS1 | Artikelomschrijving 2 | |
$AOMS1 | Artikelomschrijving 3 | |
$RB | Regelbedrag | |
$PPS | Prijs per stuk | |
$PKORT | Kortingspercentage | |
CK | Contantkorting | |
$k | Percentage contantkorting | |
$OVER | Korting over bedrag | |
$BEDRG | Bedrag aan korting | |
AK | Administratiekosten | |
$BEDRG | Bedrag administratiekosten | |
KR | Kredietbeperking | |
$k | Percentage kredietbeperking | |
$OVER | Berekend over | |
$BEDRG | Bedrag kredietbeperking | |
OB | Totaal BTW | |
$% | Percentage BTW | |
$EXBTW | Bedrag waarover BTW wordt berekend | |
$BBTW | BTW bedrag | |
KT | Totaal van de factuur | |
$TKLT | Totaal factuurbedrag | |
BV | Opmerking BTW Verlegd (indien van toepassing) | |
BG | Bedrag over te maken op G-rekening (indien van toepassing) | |
$c | Aantal kredietdagen | |
$GBEDR | Over te maken bedrag op G-rekening | |
$GREST | Resterende bedrag op gewone rekening | |
IC | Incassogegevens indien van toepassing | |
$INCDT | Incassodatum in dd.mm.jjjj | |
$BANK | Banknummer waarvan wordt geincasseerd | |
EB | Transport naar nieuwe pagina | |
$BLAD | Volgend bladnummer | |
$TRTOT | Totaal te transporteren bedrag | |
NB | Transport van vorige pagina | |
$BLAD | Voorgaand bladnummer | |
$TRTOT | Totaal te transporteren bedrag | |
SL | Sluitregels | |
$TV0 | Voetnoot die bij debiteur is vastgelegd | |
$TV1 | Bij order opgegeven voetnoot 1 | |
$TV2 | Bij order opgegeven voetnoot 2 | |
$TV3 | Bij order opgegeven voetnoot 3 | |
$BVN1 | Bij bedrijfsgegevens opgegeven voetnoot 1 | |
$BVN2 | Bij bedrijfsgegevens opgegeven voetnoot 2 |
Er kunnen ook nog speciale printercommando's worden opgegeven bij de diverse regels. Een printercode kent een begincode en een eindcode. Zo kan bij de eerste kopregel een bepaalde lettergrote worden gekozen, die dan weer bij de laatste sluitregel kan worden uitgezet.
De volgende printercodes zijn gedefinieerd:
Begincode | Omschrijving | Eindcode |
[KL] | Klein lettertype | [/KL] |
[E] | Elite lettertype | [/E] |
[UL] | Onderstrepen | [/UL] |
[I] | Cursief | [/I] |
Het is ook mogelijk om een JPG-plaatje (logo) af te drukken op de factuur. Hiertoe dient in het bestand een code [PIC] te worden opgenomen met daarachter de plaats op het netwerk waar het plaatsje kan worden gevonden, bijvoorbeeld:
[PIC]\\Server2\Temp\NicogramTest\Factuur lay-out\Nicogram logo.JPG,7000,1000[/PIC]
Achter de naam van het plaatje wordt de plaats opgegeven waar het plaatje moet komen. Eerst de linkermarge (7000 in het voorbeeld), daarna de hoogte vanaf de papierrand (1000 in het voorbeeld).
De code [/PIC] sluit de definitie van het plaatje af.